Nederland heeft een nieuwe wereldprimeur. Tussen Ede en Wageningen gaan namelijk op de openbare weg zelfrijdende voertuigen rijden. Diverse media berichten hier nu over.
Ik vind dit geweldig nieuws, want er zouden meer van dit soort proeven en experimenten in Nederland moeten worden uitgevoerd. Waarom? Gewoonweg, omdat we
- op deze manier het verkeer- en vervoersysteem toekomstvast kunnen maken;
- zo het wegennet efficiënter kunnen gaan benutten;
- zo de schaarse ruimte die stilstaande auto’s met name in stedelijke gebieden innemen anders kunnen gaan benutten.
Al eerder heb ik een pleidooi gehouden voor volledig autonome voertuigen in het artikel “Toekomst stedelijk ov is aan fully automated vehicles“. Daarin pleit ik voor een transitie, een transitie in het openbaar vervoer naar meer zelfrijdende voertuigen. Naar mijn mening zijn zelfrijdende voertuigen een prima aanvulling op fietsen en e-bikes en kunnen zij samen de stedelijke mobiliteitsbehoeften perfect bedienen. Zelfrijdende voertuigen hebben wel de voordelen (vervoer op maat en op de gewenste tijd) maar niet de nadelen van de auto en het huidige reguliere openbaar vervoer. Een grote verdienste van de proef in Gelderland vind ik, dat er nu ook gekeken gaat worden naar de perifere meer landelijke gebieden. Daar is al jaren sprake van een verschraling van het openbaar vervoer. In het begin van de negentiger jaren tekende dit zich al af. Pieter Hoffstra wist dit toen al treffend te verwoorden: “Om te overleven op het platteland heb je twee dingen nodig, zei hij: een koelkast en een auto”. Hoe mooi zou het zijn als zelfrijdende voertuigen dit gat, deze schaarste gaan opvullen. Bereikbaarheid en leefbaarheid gaat dan een andere dimensie krijgen.
Onderzoek naar zelfrijdende voertuigen is echter niet nieuw. Al in de vorige eeuw was Nederland koploper op dit gebied. Helaas is dit veel te weinig bekend. Jarenlang rijden op Rivium in Cappelle a/d IJssel al zelfrijdende voertuigen rond. Een veelgehoord tegenargument is dat deze voertuigen gebruik maken van een eigen infrastructuur en daardoor niet te vergelijken zouden zijn met de huidige experimenten. Niets is naar mijn mening minder waar, want al in 2003 reed een van de voertuigen, die nu op Rivium al jaren succesvol in gebruik zijn, op de Delftse grachten. Daar reed dit voertuig als demonstratie gewoon tussen de fietsers in en niemand ook de inzittenden niet vond dit vreemd of onverwacht. De videobeelden op deze film spreken voor zich: delft-vcd
Waarom is deze demo dan niet voortgezet? Veel heeft te maken met de juridische risico’s. Wat nu als zo’n voertuig een ongeval veroorzaakt? Wie is dan aansprakelijk, waar zit dan de fout? Het besluit van Melanie Schultz om zelfrijdende voertuigen op de Nederlandse weg toe te staan, maakt dat deze afbreukrisico’s gelukkig minder bepalend zijn. Dit neemt niet weg dat de mens nog steeds overtuigt moet worden. Bekend is namelijk dat bij treinen, vliegtuigen en alle vervoerwijzen, waar wij als mens niet zelf achter het stuur zitten, de acceptatie van een zeker onveiligheidsrisico ontzettend laag is. Hebben we daarentegen zelf het heft in handen, dan denken we compleet anders. Collectief accepteren we dit met honderden en wereldwijd zelf miljoenen slachtoffers als resultaat. De auto als heilige koe of beter gezegd als holy grale staat, ook al weten we dit, zelden ter discussie. Het zou normaal moeten zijn dit niet te accepteren. In Zweden doet men dit. Daar streeft men naar nul verkeersdoden. Nederland, toch een van de meest verkeersveilige landen in de wereld, accepteert daarentegen nog steeds dat er jaarlijks meer dan 500 mensen overlijden in het verkeer en daar draagt de auto in belangrijke mate aan bij. Zelfrijdende voertuigen, connected vehicles, auto collision warnings en meer technische hulpmiddelen gaan ons nu allemaal ondersteunen. Een goede ontwikkeling en ik hoop dat we er massaal gebruik van gaan maken, zodat we niet langer ons bezig houden met ‘stupid mobility’. Een term die onlangs nog door Carlo van de Weijer werd geintroduceerd als kenmerkend voor ons huidige mobiliteitsgedrag.
Maar ik wil wel benadrukken dat Nederland meer kan en zou moeten doen. Meer leren van het verleden. Goede voorbeelden zoals het Rivium project meer benadrukken en gaan beseffen dat we ooit al goed bezig waren. Daarom bevreemd het mij dat de Nederlandse kennis niet wordt benut in Gelderland, maar dat men kiest voor een Frans voertuig. Jammer, ook al ben ik geen chauvinist, want het zou toch een prachtige Holland promotie zijn geweest als dit wel was gedaan. Vooral ook omdat Nederland gidsland wil zijn en dus eigenlijk al was op het gebied van zelfrijdende voertuigen.